Une avonture formidable
‘Otel Etonne,’ versta ik. Door het geopende raampje walmt de wanhoop me tegemoet. ‘Monsieur, s’il vous plait,’ zegt hij, een oudere Fransman, vanachter het stuur, in zijn hand een prop routebeschrijvingen assorti. Hij stuurt wild de stoep op.
‘Otel Etonne,’ roept zijn vrouw over hem heen.
Ik dribbel achter ze aan. ‘Bonjour,’ roep ik. En eerlijk waar: ze juichen. ‘Avez-vous quelque chose écrit?’ vraag ik, lukraak graaiend in mijn kaartenbak vakantiefrans. ‘Le nom de l’hotel?’ Na enig bladeren hebben ze iets. Het Hilton. ‘Mais c’est facile,’ zeg ik. ‘C’est prêt d’ici.’ Ik begin te wijzen, a gauche, a droite, maar de man stapt al uit en pakt me bij mijn elleboog. Zonder me los te durven laten, veegt hij de achterbank leeg. Ik moet mee.
‘Mais...’
Hij houdt aan, zijn vrouw kijkt smekend mee. Ik stap in en denk aan de Périferique. En aan de keer dat N in de campingwinkel een batterij dacht te bestellen, terwijl we later in het woordenboek opzochten dat ‘un batterie’ een drumstel is.
Het navigatieapparaat, legt hij uit, op het dashboard wijzend met trillende hand, het zweet op zijn bovenlip, is de kluts kwijt. Ze rijden al enige tijd rondjes.
‘Tom Tom, c’est une companie Hollandaise,’ zeg ik. Met handen en voeten communiceren en dan toch de verleiding niet kunnen weerstaan een internationaal grapje inclusief enige zelfspot te maken. Soms ben ik Kees van Kooten.
We zijn er. ‘Et voila, bienvenue a l’hotel Iltonne.’
Terwijl ik terugwandel, bedenk ik me dat ze zich straks in de hotelkamer, als ze enigszins tot rust zijn gekomen, zullen afvragen of ze die vriendelijke Nederlandse meneer niet iets hadden moeten aanbieden. Of om zijn adres hadden moeten vragen.
Aan de andere kant: misschien denken ze wel dat het een goedmaker is, Tom Tom en die meneer, die kennen elkaar vast en vraiement langer dan vandaag.
Had ik niets beters te doen deze middag? Die vraag stel ik mezelf pas als ik het verhaal later aan M vertel. Soms – meestal op deze, de ongeplande, momenten – is mijn leven jaloersmakend formidable.
En ergens in het universum, daar waar de stand wordt bijgehouden, is een goede daad genoteerd.